Jeukende handen, ingrijpen of niet?

We hebben jeukende handen, ’t liefst trekken we de biodiversiteit direct het bos in.

“Laat voedselbossen met rust (zeker een jaar of 4/5), en volg wel vanaf het begin hoe het zich ontwikkelt.” Dat is de theorie.

Inmiddels hebben we vrijwel alle bomen en struiken aangeplant, en zijn we bezig met delen van de kruidlaag. Maar een voedselbos is vooral een les in geduld….

jonge meidoorn, nu nog een spriet straks een mooie grote boom die schaduw geeft.

En dat is lastig want: de eerste jaren groeien er kleine sprietjes van bomen en struiken middenin onkruid zoals distels, brandnetels, zuring en gras….  niet altijd even spectaculair om te tonen, want:
het grote transformatieproces speelt zich af in de bodem, buiten ons zicht.
Bezoekers zien aan het begin van een rondleiding een woeste brandnetelpartij en zien aan het einde pas de structuur van het groeiende bos…

 

Vaak jeuken onze handen om in te grijpen, maar we weten dat we geduld moeten hebben…. Lees “Jeukende handen, ingrijpen of niet?” verder